Scotland week 1, not realy a thruhike, more a holiday.


Wel bewust gekozen voor Schotland als vakantieland voor de meivakantie. Nooit eerder aangedurfd want uiteindelijk viel de keus voor een meireisje altijd op een land met meer kans op zon. Dat heb ik dus 35 jaar lang goed aangevoeld.

Wat je hierboven ziet is mijn tentje, ons tentje deze reis. Van de 14 nachten hebben we er twaalf in geslapen. Ik zet het op, Paul maakt vuur. Hier aan deze wildkampeerplek op het Island of Skye hebben we de prachtigste sunset gehad, een vuur van zeehout  en het meest intense genietmoment van deze vakantie. Paul komt van een eiland, is bekend met zééhout, driftwood he says, hij kwam er helemaal van op drift en bouwde het mooiste kampvuur ooit. Staren naar de zee, helfrisse lucht, warm bij het vuur, rondlummelen met je camera, niks doen. Heerlijk slapen, ochtendritueel, nog meer lummelen… Het grote voordeel van wildkamperen: je kunt ook alleen maar niks doen. Alleen de basale dingen, eten/drinken/slapen en als het niet te koud is, de liefde bedrijven.

In de meivakantie zouden we twee weken zoveel mogelijk hikes “doen” van een of meerdere dagen lang, verspreid over Schotland. De rugzakken waren gepakt voor meerdaagse tochten, dat wil zeggen 20 kilo per stuk, en we hadden een auto gehuurd om grote stukken te overbruggen en zo meer van Schotland te kunnen beleven. Paul had de Schotse tocht voorbereid, inclusief de hikes, hij is tenslotte nog steeds de meest ervaren bergmens en ik had er geen energie voor in de maanden voor deze trip. Ik had grote plannen lang daarvoor, Schotland zou de ultieme training voor mijn John Muir Trail worden gedurende de zomer, maar soms moet je terugschakelen en eerst maar uitrusten. Zwoegen bergop met veel kilo’s op je rug, was niet mijn eerste behoefte. Paul is heel makkelijk over te halen om ons zo flexibel als nodig is op te stellen, hij werkt zelf ook hard en en wil het ook best eens wat rustiger aan doen op vakantie… en dat hebben we ook gedaan.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Island of Sky

Zondagavond 23/4 gevlogen naar Edinborough, eerst een nachtje in een hotelletje in Stirling om de volgende ochtend (ma 24/4) naar Glencoe te rijden. Meteen al mooi onderweg. We stappen steeds uit, nemen nog een omweggetje, kiekje hier en daar. “Drove to Glencoe scenically”, schrijft Paul. Het genieten is al begonnen. We arriveren pas in de vroege avond in de bar Claighaig Inn die ons einddoel was voor die dag. Bar die tevens hotel blijkt te zijn. Wij slappelingen hadden na één blik al besloten de Inn te nemen ipv de tent. Het vroor namelijk buiten. “No rooms available?” “Are you kidding?” “Holy fuck”. Als je dan eenmaal besloten hebt lekker in een bed te kruipen in een warm hotelletje, dan dan… dan is het net als …en nu ploppen er allerlei momenten in me op:                                                                                                                           -onder een hete douch denken te gaan , rillend in het hokje je uitkleden, kraan open en er komt alleen ijskoud water uit…                                                                                                                                 -je gaat ipv fietsen omdat het stortregent voor die ene keer dan met de auto, regenkleding uit, je zit al in je auto, start ie niet…                                                                                                                                   -je bent op dieet, hebt besloten toch iets lekkers te gaan halen in de winkel, je staat bij de kassa, geen geld bij je…

Wij druipen af naar de Red Squirrel camping, je moet dan de hobbel weer terug op, toch kamperen. Ff kut. Tentje snel opgezet, luchtbedjes hard, donszak erop…. alles klaar voor  de nacht en snel terug naar de kroeg. Daar blijkt een band uit Tilburg op de treden, Ogham, die komen recht van een folkfestival ergens daar. Wat een heerlijk toeval. Ik ken de zangeres en dat maakt het nog specialer. We drinken whisky en dat heeft nog nooit zo vanzelfsprekend gesmaakt. Geweldige Schotse muziek in een volle schotse pub met schotse whisky…Het begin is meer dan goed! Gelukkig sluit de kroeg om 23 uur stipt, das altijd fijn als je altijd s’morgens vroeg wakker wordt. Het vriest s’morgens nog harder dan s’nachts, maar wat ben ik blij dat we in ons tentje liggen. Ik houd van kamperen, van wakker worden met die knisperend frisse lucht om je heen, van de warmte in je slaapzak, van naar buiten loeren door je tentflap, van havermoutpap uit een zakje, van koffie uit een zakje, van herten die voorbij lopen, van zonlicht door een bloemetje, van je alleen maar druk hoeven maken of je doorgaat naar de volgende bestemming of hier nog een nachtje blijft.

We blijven! We gaan Pap Coe beklimmen (di 25/4) en dat is niks teveel gezegd. Paul heeft weer es een wandeling uitgezet. Géén pad, geen gevoel voor richting, geen zicht want regen, mist, hagel, sneeuw en harde wind…. Ja hoor het is weer zover. ik voel het opkomen. ” Is dit wat je voorbereid hebt?” ” Wat heb je eigenlijk voorbereid?” “Er is niet eens een route, alleen een bergtop waar je naar toe wilt. Heb je ook wel aan mij gedacht?”  Paul sputtert dat dit gewoon Schotland is, geen Amerika. Hier is niet alles aangelegd en uitgestippeld, zegt ie. Alle wandelingen zijn zo! Ammehoela… geloof ik niks van!! Steil, klauteren, te grote stappen moeten nemen omhoog (en dus ook weer omlaag), rollende stenen etc. Ik geef hem de schuld van van alles en nog wat en zo tier ik alle ellende van de afgelopen maanden eruit. “Dan ga je maar mooi alleen de volgende wandelingen!” Dit is zo’n verschil met solo gaan. Ik weet niet hoe het komt, maar ben ik met mijn partner op pad, dan krijgt hij de schuld. Als ik alleen ga is het net zo vaak moeilijk, maar dan houd je gewoon je mond. Als ik dat in dit leven nog es af zou kunnen leren. Paul vergeeft me gelukkig altijd weer, vooral ook omdat ik op enig moment compleet omdraai. Op de top al rondkijkend overvalt me een geluksgevoel, daalt de rust in, haal ik diep adem (niet dat ik al niet zwaar hijgend omhoog ben gekomen hoor, dat diep inademen is niks nieuws) en is het weer goed. Beter dan goed. Ik ben Paul dan dankbaar dat ie me naar zo’n mooie plek heeft gebracht al waren het ” blustery snowy conditions”. We drinken daar een koffietje en de ijskoude wind giert langs onze capuchons. Nu niet denken dat er een barretje is daarboven he, het komt van ons altijd bijdehand brandertje en oploskoffie, maar het zijn de lekkerste koffietjes, boven op de top. Ik ben een blije gup en de rest van de dag goed gezelschap. Vrolijk, enthousiast, positief en ik mopper niet dat ik in de vrieskou moet slapen. Dat was tocht 1.

UNADJUSTEDNONRAW_thumb_1904

On top of Pap Coe

Volgende dag (wo 26/4) een rustdag, zelf een fles whisky gekocht bij de locale slijter in Glencoe. Ik pas me naadloos aan de lokale drank aan, dat vergroot het vakantiegevoel.

IMG_0091Mooi zonnig weer, lekker gewandeld naar het dorp en terug, beetje fotootjes gemaakt onderweg. Autoritje naar Kinlochleven om wat op te warmen en de route voor morgen voorbereiden. Donderdag 27/4 lopen we vanaf daar de West Highland Way naar Devils Staircase en terug. We parkeren in Kinlochleven, slaan wat proviand in bij de lokale supermarkt, de campings daar bevallen ons niet en als we vanavond hier terugkeren van de daghike rijden we gewoon verder tot we een mooi plekje vinden. Vandaag is wandelen met een W. Niks klimmen, klauteren, moeilijk. Gewoon een weg, of een pad, met een naambordje af en toe, dat je nog op de route zit. Best mooi ook hoor, glooiend, vals plat, af en toe stijg je wat meer en heb je vergezichten over typisch Schotse hooglanden, als de mist het toelaat.

Het weer is Engels op zijn best; regen en mist. Mistroostig zou het kunnen worden, maar dat gaan we niet doen! Ik probeer vooral het Schotse gevoel maar te pakken en vast te houden. In onze rugzak hebben we een flaconnetje whisky, dat helpt. Twee weken lang de West Highland Way zou ik niet hoeven. Maar het gevoel als we terug in de auto zijn op weg naar Glen Nevis is goed. We hebben de West Highland Way gezien, gedaan en afgestreept.

Vrijdag 28/4 ontwaken op camping Glen Nevis, regen, mist, maar op vakantie! We hebben een niksdag, dat betekent we zien wel wat we doen, maar gaan niet hiken. Het wordt shopping in Fort William. Voor ons is shoppen naar Cotswold of Nevis Sports. Uren snuffelen wij tussen de bergsportspullen, de nieuwste modellen van nog lichtere slaapzakken, tentjes, kleding. Ik heb voor mijn JMT tocht nog een nieuwe regenjas nodig, daar gaat heel wat onderzoek aan vooraf. We hebben nog wat nieuwe droogvoerdiners nodig voor de rest van de week. Ik houd me in bij de gadgets, kijken kijken niet kopen is mijn motto. 500 gram bezuinigen op een slaapzak en dan voor 400 gram onnodige peperdure snufjes meezeulen, dat gaan we niet doen.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Driving around Lochs.

Een luierdag wordt het, rondrijden in de auto, Loch this, Loch that, pubje hier, pubje daar, plannen maken voor de rest van de tocht, herten tegen het lijf gereden, achternagelopen met mijn camera, en vroeg naar bed, want ten eerste is het te koud om buiten je slaapzak te blijven én we gaan voor dag en dauw Ben Nevis op.

Zaterdag 29/4 Walking Ben Nevis. In Pauls dagboekje staat later: “Good snowpractice for Caro.” Prachtige dag. Topdag. Beste dag van de vakantie. Hier doe ik het voor. Genieten met een grote G. Het is een mix van doorzetten/uitputten/uitrusten/serotinen verzamelen/ vergezichten/euforie/angsten overwinnen/blij zijn/trots zijn/gezond voelen… Aan de start is het erg druk, het is een zeer populaire hike. Je loopt tussen hordes mensen omhoog. Hoe hoger je komt, hoe meer het verspreidt, maar het blijft best druk. Op de top is het zo mistig, stormy weather, en freezing cold dat je de drukte niet ziet, das een voordeel. Normaliter schuw ik drukte in de natuur, maar de positiviteit is te groot om ook maar ergens last van te hebben. Ik ben een schijterd bergaf als het glad is. En dit was als een piste, glad dus.

Maar de paar slokken whisky op de top maakten dat ik al mijn angsten achter me kon laten en al “wohwww-roepend” naar beneden vloog! Ik ben maar één keer op mijn snufferd gegaan omdat ik te hard liep. Auwtsj… S’avonds ruilen we ons droogvoer in voor een heus vers diner in het plaatselijke restaurantje. Wat een luxe! Warm, stoel, bestek en wc.

Inpakken (zo 29/4) en hup op weg naar ons volgende doel: Island of Skye. Via de Harry Potterbrug in Glennfinnian rijden we naar Mallaig.

Daar eten we verse vis en nemen we de ferry naar het eiland Skye. We rijden helemaal door naar een camping in Sligachan. Geen bijzonder plekje, gewoon een goedkope overnachting op weg naar. Langzaamaan krijgen we een mooie indruk van Schotland. Week 2 in the next blog!

UNADJUSTEDNONRAW_thumb_197a

View going up Ben Nevis

UNADJUSTEDNONRAW_thumb_19d9

The Harry Potter bridge

UNADJUSTEDNONRAW_thumb_19b1

Coffee break on Ben Nevis

UNADJUSTEDNONRAW_thumb_16cc

Being outside makes me really happy!

UNADJUSTEDNONRAW_thumb_1a17

On the West Highland Way

UNADJUSTEDNONRAW_thumb_1a04

Old Man of Storr

Categorieën:Europa, Schotland

2 comments

  1. Heerlijk stukkie Caro! Ik heb genoten bij t lezen 👍. Blijkbaar heb je destijds goed je dagboek bijgehouden dat je er nu nog zo goed over kunt schrijven.
    Heb in Schotland ook gelopen, ook stukkie West Highland Way. Gejankt toen we Isle of Skye opreden. Dat vind ik zo’n bijzondere plek. Magisch. Ik heb toen geslapen in kasteelhotels, haha, iets anders dan een tentje. In een van de tuinen heeft Bart (mijn ex husband) me toen ten huwelijk gevraagd….onder dwang ;-).

    Geliked door 1 persoon

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: